In het Hulstkamp Gebouw werden op de tweede dag van de Wereldhavendagen letterlijk smeuïge verhalen opgedist. Ter tafel kwamen behalve mooie Rotterdamse kost van dichters en verhalenvertellers ook typisch Rotterdamse gerechten.
Wat te denken van Rotterdamse biefstuk, oesterzwammensoep uit RotterZwam en – gelukkig werd dat pas later onthuld – een sandwich met heuse uierboord.
Maar, het ging op deze druilerige dag vooral om de Havenverhalen. In twee zittingen kregen de toehoorders literaire pareltjes voorgeschoteld door befaamde inwoners van Rotterdam, waaronder Ernest van der Kwast, Wilfried de Jong, Rien Vroegindeweij, Gyz la Rivière, Mai Elmar en Anna Visser.
De koude kant
Noordereiland bewoonster Loes de Wit vertelde met verve hoe het er vroeger aan toe ging als zij en haar man met het binnenschip aan de Prins Hendrikkade lagen afgemeerd. Die kade werd vroeger bewoond door kapiteins, vertelde ze. Aan de andere kant, de Maaskade, waren de reders gevestigd. Dat is nog steeds te zien aan de statige woningen met prachtige ornamenten aan de gevels. De ‘koude kant’ heet dat, niet in de laatste plaats omdat de zon daar pas op het eind van de middag schijnt. In de straten er tussenin woonden de bemanningsleden.
Iris Lamers, nazaat van de familie Hoogenwegen (oorspronkelijke eigenaar van het Hulstkamp Gebouw), schetste de geschiedenis van deze voormalige margarinefabriek en distilleerderij, waar zij als kind met haar broertjes stiekem van de likeurtjes snoepte.
Filosoof Henk Oosterling woont op de Prins Hendrikkade en is verguld met zijn unieke woonlocatie, waar de historie vanaf druipt en van waaruit hij de iconen van de wederopbouw uit de grond gestampt zag worden. De Kop van Zuid, de Entrepothaven, de Wilhelminakade, De Rotterdam, het KPN gebouw dat hem ‘s avonds in Hulkachtig groen schijnsel zet en natuurlijk de Erasmusbrug, die vandaag haar 20e verjaardag viert.
Eén haven, twee haven, drie haven…
De verhalenmiddag werd afgesloten door een verrassend gedicht van Mark Boninsegna. Bijna Deelderiaans somde hij achter elkaar álle havens op die Rotterdam telt. En dat zijn er enorm veel, realiseer je je dan, met trots in je groen-witte hart.
Wordt vervolgd
Een geslaagd evenement, concludeerden de gasten, waaronder ook oud-burgemeester Bram Peper. Ook hij had met smaak genoten van de verhalen en het bijzondere eten.
“Eerst varen, dan leven”, een spreuk die alles zegt over de band van de Noordereiland bewoners met de rijke scheepvaarthistorie. Precies die spreuk is ook te vinden op het plafond van het stadhuis op de Coolsingel.
Gelukkig hebben we de foto’s nog. Ze zijn hier te bekijken.
Wij gaan ons best doen om volgend jaar editie 2017 van de Havenverhalen te realiseren. Recht zo die gaat!
